Het Dutch Consortium in Uruzgan aan het werk

 

Persoonlijk verhaal

Verhogen van de melkproductie

Zarien is veehouder en hoofd van een familie van negen personen. De familie woont in de plaats Solla in het Tarin Kowt District. Zarien vertelt dat hij 22 schapen, een koe en een beetje landbouwgrond had. Zarien was druk met het verzorgen van zijn schapen, die hij verkocht om van te leven. De melk van de koe was maar net genoeg voor zijn gezin. Totdat hij het personeel van de Veterinary Field Unit (VFU) advies vroeg over hoe hij de melkproductie kon verhogen. “De medewerkers adviseerden me om een koe van een ras te kopen dat meer melk produceert. Ik volgde dit advies op en heb nu meer melk. Het overschot verkoop ik op de Bazaar zodat ik extra geld verdien”. Zarien is de medewerkers van de VFU zeer dankbaar. Zij geven zijn dieren niet alleen medicatie en vaccinaties, maar adviseren hem ook over hoe hij de (melk)productie van zijn dieren kan verhogen.


Vertrouwen in de toekomst

Mohammad Daoud heeft een vrouw en 4 kinderen. Mohammad is verslaafd aan opium. Door zijn verslaving is Mohammad niet in staat zijn gezin te onderhouden. Hij heeft niet genoeg geld voor schoolboeken waardoor zijn kinderen niet naar school kunnen en hij kan zelfs geen eten en kleding kopen. Het gezin heeft het erg moeilijk en ze worden volledig buitengesloten door hun dorpsgenoten. Totdat een kennis Mohammad aanmoedigt om zich te laten behandelen in de DCU-kliniek was voor drugsverslaafden. Na een verblijf van een maand is hij afgekickt. Hij zegt: “zonder het programma zou ik er vandaag niet meer zijn. Het heeft mijn leven gered en ik ben een totaal ander mens”. Het gezin woont nu vlakbij het DCU kantoor en inmiddels werkt Mohammad daar als assistent kok. Zijn kinderen kunnen weer gewoon naar school en het gezin ziet de toekomst met vertrouwen tegemoet.


Voedselbanken helpen het vee de winter door

Trots laat de dorpsleider zien hoe groot de opgebouwde reserves van de voedselbank zijn. De koeien, schapen en geiten in dit gebied hebben de afgelopen winter voldoende hoogwaardig voer gehad. In het verleden was dit wel anders en was het tekort aan kwaliteitsvoer in de koude periode het grootste probleem van veehouders in Uruzgan. Met als gevolg lage melkopbrengsten, lage vruchtbaarheid en een grotere vatbaarheid voor ziekten. Met steun van het DCU zijn daarom gemeenschappelijke voedselbanken opgericht. In de zomer en de herfst kopen de leden van de voedselbank gezamenlijk voer in tegen dan geldende lagere prijzen of vullen de voedselbank aan met eigen overschotten. Deze reserve wordt in de koude winters gebruikt voor het vee. Het project startte drie jaar geleden, met een subsidie door NPO/RRAA. Zo konden veehouders een eerste voorraad aanleggen. Nu zijn de voedselbanken zo ver dat ze zelfstandig verder kunnen. Eind 2012 worden de voedselbanken geformaliseerd tot officiële coöperaties.


Gezonde schapen door vaccinatie en medicatie

Rasulkhan uit Anzergie is eigenaar van 150 schapen en hoofd van een familie van 12 personen. Enkele jaren geleden was hij nog niet op de hoogte van de werkzaamheden van de Veterinary Field Unit (VFU). Rasulkhan maakte toen geen gebruik van vaccins of medicatie voor zijn dieren. “Elk jaar stierven wel een aantal dieren aan ziekten als Anthrax, schapen-pokken of parasieten, terwijl we afhankelijk zijn van de dieren om in ons levensonderhoud te voorzien” aldus Rasulkhan. “Maar sinds twee jaar wordt het dorp bezocht door een dienrenarts die mijn dieren vaccineert en medicijnen geeft, ook informeert de dierenarts de boeren over het belang van vaccinatie en behandeling”. Daardoor zijn de schapen van Rasulkhan nu gezond en kan hij zijn schapen, en producten zoals wol, tegen een goede prijs verkopen in de Bazaar. Tegenwoordig laat Rasulkhan zijn dieren altijd vaccineren en indien nodig koopt hij geneesmiddelen, met name tegen parasieten, van het VFU.


Gulalai wil weer leven

Gulalai uit het dorpje Kalacha zag het leven niet meer zitten. Ze verloor haar twee broers bij een zelfmoordaanslag. Haar thuissituatie was met een gehandicapte man erg moeizaam. En ze had ook geen zoon die voor inkomsten kon zorgen. Gulalai werd steeds verdrietiger en later depressief. Ze dacht er zelfs over om zelfmoord te plegen. In Uruzgan zijn geen psychiaters of psychotherapeuten om mensen in nood te helpen. Maar er is wel door het DCU een programma voor psychosociale hulp opgezet. Daar kon Gulalai terecht. Na een aantal individuele gesprekken verbeterde haar situatie gelukkig. Daarna kon ze meedoen aan groepssessies. Langzaam maar zeker verdwenen de depressieve gevoelens. Gulalai kon haar dagelijks leven weer oppakken en geniet nu zelfs weer van het leven.


Doodzieke schapen genezen met één tabletje

Hajie Khoudaidad is één van de Kuchi die iedere herfst vanuit Ghazni naar Uruzgan komen om hier de winter door te brengen. Hajie vertelt: “Ik heb een melkkoe en vijftig schapen, maar mijn schapen werden allemaal ziek en één van hen ging zelfs dood. Toen bracht ik de lever en de longen van het dode schaap naar de kliniek in het centrum van Tarin Kowt. De laborant onderzocht de organen onder zijn microscoop en hij vertelde me dat het schaap was gestorven aan wormpjes in de lever; hij noemde het leverbot. Ik geloofde eerst niet dat zo’n klein wormpje mijn schaap gedood zou hebben, maar de dierenarts gaf mij ontwormingstabletten mee en toen ik mijn schapen de tabletten had toegediend werden ze inderdaad allemaal weer beter. Vanaf dat moment neem ik altijd contact op met de dierenkliniek als mijn dieren ziek zijn, en ik adviseer mijn kennissen dit ook te doen. De medicijnen zijn daar misschien wat duurder dan in de bazaar, maar ze werken veel beter!”


Van drugsverslaafde tot chauffeur

Toor Gul woont met zijn gezin in Talani in het Tarin Kowt district. Hij is 32 jaar oud en heeft pas sinds kort een echte baan. Hij is nooit naar school gegaan, dat stonden de opstandelingen destijds niet toe. Toen hij 7 jaar was moest hij op het land van zijn vader gaan werken. Al vroeg begon hij met sigaretten roken. Op zijn 18e stapte hij over op drugs. Eerst alleen hasj, later ook heroïne. Hij raakte ernstig verslaafd. Die verslaving duurde ruim 12 jaar. Toen hoorde hij van zijn zwager dat er in het stadje Tarin Kowt een nieuwe DCU-kliniek was voor drugsverslaafden. Na een korte maar intensieve behandeling van een maand was hij afgekickt. Toor Gul: "Mijn familie en ikzelf zijn erg blij dat ik van mijn drugsverslaving af ben en weer een normaal leven leid". Hij heeft inmiddels werk als chauffeur gevonden en verdient daarmee genoeg geld om zijn gezin te onderhouden.


Dorre grond wordt vruchtbare akker

In het dorpje Gorgal bestond tot voor kort geen enkel irrigatiesysteem. Het DCU kwam met het plan om een dam te bouwen in de nabijgelegen rivier. De dorpelingen waren zo enthousiast over dit project dat ze zelf de helft van de kosten betaalden. Ook leverden ze het materiaal voor de dam, vooral stenen, en werkten ze hard mee aan de bouw ervan. Na de aanleg van de dam veranderde de situatie in gunstige zin voor de dorpsbewoners. Een voorbeeld: 30 hectare land dat al tientallen jaren dor was geweest kan dankzij de dam en het irrigatiesysteem weer bewerkt worden. Vijftien gezinnen kunnen de nu weer vruchtbare akkers bewerken en met de verkoop van de oogst in hun onderhoud voorzien. Zoals inwoner Haji Mohammed Naim samenvat: "De bouw van de dam heeft meer positieve gevolgen voor ons dorp gehad dan we ooit hadden gedacht.


Kippen als bedrijfskapitaal

Bibi uit het dorpje Torko Kala Cha is getrouwd met een veel oudere man. Hij kan niet meer werken en kan dus ook niet zorgen voor zijn gezin met vijf kinderen. In de Pashtun traditie is buitenshuis werken of bedelen voor vrouwen niet toegestaan. Daarom was Bibi helemaal afhankelijk van de giften van dorpsbewoners om in leven te blijven. Van het DCU kreeg ze een opleiding in het verzorgen van kippen. Met zowel theorie- als praktijklessen. Ze heeft daarna 50 kippen gekregen als 'startkapitaal' en is daarmee een klein bedrijfje begonnen. Bibi: "Ik zorg goed voor mijn kippen, precies zoals mijn docent het me geleerd heeft". Ze is dankzij de kippen niet langer financieel afhankelijk van anderen en kan vanuit huis geld verdienen. Ze heeft goede hoop dat haar bedrijfje nog wat zal groeien en dat ze dan haar kinderen naar school kan sturen.